I just found this picture on the web and want to share it with you.
Click on this link for a full image
dinsdag 19 april 2011
Er gaat niets boven de stad
Youngmindz
Ik ben opgegroeid in een klein en rustig dorpje. Eén supermarkt, één groenteman, één kledingwinkel, en één basisschool. In de zomer is het er heerlijk; lekker zwemmen in de natuurplassen in de polder of met je vriendinnen kamperen in de boomgaarden. In de winter kun je, als het weer meezit tenminste, lekker schaatsen! Iedereen kent er elkaar, het is er vertrouwd en bovendien supergezellig!
Maar een middelbare school was er niet. Een kroeg ook niet. Daar moest ik een half uur voor fietsen. “Dat is gezond”, vonden mijn ouders. “Dat is vermoeiend en ver”, vond ik. Daarom ging ik meteen nadat ik mijn diploma gehaald had in ‘De Grote Stad’ wonen. Kroegen op loopafstand, zoveel kledingwinkels dat ik aan een dag shoppen nauwelijks genoeg heb en zwemmen en schaatsen kan hier het hele jaar door! En oja, studeren kan ik er ook nog! Mn buren ken ik niet maar dat vind ik eigenlijk wel prima. Het is hier in de stad namelijk nóg gezelliger dan in het dorp waar ik vandaan kom!
M’n ouders wonen nog steeds in het dorp waar ik vandaan kom dus ik kom er nog regelmatig. Ik kan me niet meer voorstellen dat ik daar zou wonen, maar ik zie genoeg oud-klasgenootjes die er nog steeds wonen. Voor mij gaat er niets boven het leven in de stad, maar wat vind jij? Woon jij liever in een dorp of in de stad?
Ik ben opgegroeid in een klein en rustig dorpje. Eén supermarkt, één groenteman, één kledingwinkel, en één basisschool. In de zomer is het er heerlijk; lekker zwemmen in de natuurplassen in de polder of met je vriendinnen kamperen in de boomgaarden. In de winter kun je, als het weer meezit tenminste, lekker schaatsen! Iedereen kent er elkaar, het is er vertrouwd en bovendien supergezellig!
Maar een middelbare school was er niet. Een kroeg ook niet. Daar moest ik een half uur voor fietsen. “Dat is gezond”, vonden mijn ouders. “Dat is vermoeiend en ver”, vond ik. Daarom ging ik meteen nadat ik mijn diploma gehaald had in ‘De Grote Stad’ wonen. Kroegen op loopafstand, zoveel kledingwinkels dat ik aan een dag shoppen nauwelijks genoeg heb en zwemmen en schaatsen kan hier het hele jaar door! En oja, studeren kan ik er ook nog! Mn buren ken ik niet maar dat vind ik eigenlijk wel prima. Het is hier in de stad namelijk nóg gezelliger dan in het dorp waar ik vandaan kom!
M’n ouders wonen nog steeds in het dorp waar ik vandaan kom dus ik kom er nog regelmatig. Ik kan me niet meer voorstellen dat ik daar zou wonen, maar ik zie genoeg oud-klasgenootjes die er nog steeds wonen. Voor mij gaat er niets boven het leven in de stad, maar wat vind jij? Woon jij liever in een dorp of in de stad?
maandag 4 april 2011
Een popidool…
IS Online
In de foyer van het Haagse Spuitheater wacht ik samen zo'n honderd andere studenten totdat we hem eindelijk ontmoeten. Een beetje spannend is het wel. Zo vaak krijg je niet de kans om hem in het echt te zien. Op de rij achter mij belt een opgelaten studente nog snel met vrienden: “You réálly have to come, we're gonna meet him!” Het wachten duurt nu wel erg lang. Eindelijk komt er iemand het podium op. “Hij is gearriveerd, maar moet nog een belangrijk telefoontje plegen. Nog tien minuten geduld dus...” Pfff... bekende mensen komen altijd te laat!
Dan beklimt hij eindelijk het podium: Luis Moreno-Ocampo. Wie? Moreno-Ocampo is de hoofdaanklager van het Internationaal Strafhof. En een ‘naam’ binnen het wereldje van mensenrechten, oorlog en internationaal strafrecht. Bijna nóóit geeft hij een lezing. Maar vanmiddag wel! En ik ben er bij…
Maar waar heeft deze man het dan over? Over veel dingen kan hij niets zeggen omdat hij er geen jurisdictie over heeft. Zoals waarom Bush niet vervolgd wordt voor misdaden in Irak. De VS zijn geen partij bij het Internationaal Strafhof. Aan Moreno-Ocampo vragen Bush te berechten zou volgens hem dus hetzelfde zijn als een Nederlandse rechter vragen om recht te spreken in Mongolië... Een ingestudeerde grap waarschijnlijk, maar kritiek op het Internationaal Strafhof wuift
hij zo makkelijk weg! Hetzelfde voor Iran. Waarom doet hij daar niets aan? “Ik kan niets doen, tenzij er een verwijzing van de VN Veiligheidsraad komt.” Het is de waarheid, maar het is ook wel makkelijk om alles meteen op anderen te schuiven.
Andere zaken waar hij wel over kan praten, vindt hij simpelweg “difficult”. Zoals het gevoel van slachtoffers als in lokale rechtspraak de lager gerangschikte daders vaak de doodstraf krijgen en de verantwoordelijke ‘masterminds’ van een slachting of genocide ‘slechts’ levenslang krijgen bij het Internationaal Strafhof. Hij zucht: ”Yeah, that’s difficult…”
De tijd vliegt voorbij! En als de masterclass met Moreno-Ocampo dan echt voorbij is en hij het podium afloopt, wordt hij belaagd door studenten. Iedereen wil hem nog wel wat vragen. Geen kritische vragen over de zaak tegen de Soedanese president Al-Bashir, geen kritische vragen over Libië. Nee, de studenten vragen heel andere dingen: “Can I please take a picture with you?”
Hij voelt zich een beetje opgelaten, maar gaat met iedereen op de foto. “Jeetje, hij lijkt net een popidool”, zegt een verbaasde journalist die naast me zit. “Natuurlijk!”, lach ik en ik druk snel mijn fototoestel in z’n handen om ook met het popidool op te foto te kunnen…
In de foyer van het Haagse Spuitheater wacht ik samen zo'n honderd andere studenten totdat we hem eindelijk ontmoeten. Een beetje spannend is het wel. Zo vaak krijg je niet de kans om hem in het echt te zien. Op de rij achter mij belt een opgelaten studente nog snel met vrienden: “You réálly have to come, we're gonna meet him!” Het wachten duurt nu wel erg lang. Eindelijk komt er iemand het podium op. “Hij is gearriveerd, maar moet nog een belangrijk telefoontje plegen. Nog tien minuten geduld dus...” Pfff... bekende mensen komen altijd te laat!
Dan beklimt hij eindelijk het podium: Luis Moreno-Ocampo. Wie? Moreno-Ocampo is de hoofdaanklager van het Internationaal Strafhof. En een ‘naam’ binnen het wereldje van mensenrechten, oorlog en internationaal strafrecht. Bijna nóóit geeft hij een lezing. Maar vanmiddag wel! En ik ben er bij…
Maar waar heeft deze man het dan over? Over veel dingen kan hij niets zeggen omdat hij er geen jurisdictie over heeft. Zoals waarom Bush niet vervolgd wordt voor misdaden in Irak. De VS zijn geen partij bij het Internationaal Strafhof. Aan Moreno-Ocampo vragen Bush te berechten zou volgens hem dus hetzelfde zijn als een Nederlandse rechter vragen om recht te spreken in Mongolië... Een ingestudeerde grap waarschijnlijk, maar kritiek op het Internationaal Strafhof wuift
hij zo makkelijk weg! Hetzelfde voor Iran. Waarom doet hij daar niets aan? “Ik kan niets doen, tenzij er een verwijzing van de VN Veiligheidsraad komt.” Het is de waarheid, maar het is ook wel makkelijk om alles meteen op anderen te schuiven.
Andere zaken waar hij wel over kan praten, vindt hij simpelweg “difficult”. Zoals het gevoel van slachtoffers als in lokale rechtspraak de lager gerangschikte daders vaak de doodstraf krijgen en de verantwoordelijke ‘masterminds’ van een slachting of genocide ‘slechts’ levenslang krijgen bij het Internationaal Strafhof. Hij zucht: ”Yeah, that’s difficult…”
De tijd vliegt voorbij! En als de masterclass met Moreno-Ocampo dan echt voorbij is en hij het podium afloopt, wordt hij belaagd door studenten. Iedereen wil hem nog wel wat vragen. Geen kritische vragen over de zaak tegen de Soedanese president Al-Bashir, geen kritische vragen over Libië. Nee, de studenten vragen heel andere dingen: “Can I please take a picture with you?”
Hij voelt zich een beetje opgelaten, maar gaat met iedereen op de foto. “Jeetje, hij lijkt net een popidool”, zegt een verbaasde journalist die naast me zit. “Natuurlijk!”, lach ik en ik druk snel mijn fototoestel in z’n handen om ook met het popidool op te foto te kunnen…
Abonneren op:
Posts (Atom)